geschreven in het 'Algemeen Beschaafd Nederlands' en/of in het 'Nedersaksisch dialect' het 'Achterhooks Butengewoon Nederlands' verzameld in min of meer willekeurige volgorde en immer onder constructie
Met zijn mond verwonderd eind route nr. 100. De uroloog er niet om heen draait. Niks aan de hand met prostaat, PSA-waarde of iets met K in het pand. Schetst slechts een piemelig werkje in het vooruitzicht; een lapje onder de tong weggesneden in de slijmvlieswand van de plasbuis teruggelegd en het leed is geleden in verstopt afwateringssysteem. 'Daar waar ik mee lul repareert de jongeheer?' Als dat geen actie is van Het instituut voor Praktische Poëzie! Zo ook het onderzoek dat een traan van hartstochtelijk geluk een andere structuur heeft dan een traan van gruwelijk verdriet. Om te huilen zo mooi van samenstel opgedroogd niet alleen maar wat zout water van blijdschap of ónmundig groot verdriet maar kristallisatie van puur gevoel. zie ook Route 100> en Om te huilen zo mooi>
En dan uit het niets goddelijk besef dat bij verwijdering van de tv-harken dat toen het 1% contact met heel het al verzwond.
Geen restanten oer knal uit krachtnevel in al de huiskamers meer te zien. Ruisbeeld kosmische straling daar voorgoed verdwenen. Een vergeten beeldenstorm in de nacht van 10 op 11 december 2006.
Churyumov-Gerasimenko | 12-11-2014 Philae's streng losgeknipt van Rosetta duizelingwekkende val na tien jaar op komeet 4,6 miljard jaren oud een bepoedersuikerde oliebol. Zo'n vijfhonderd miljoen kilometers van huis meeliftend naar de oorsprong van moeder aarde.
Het Instituut Praktische Poëzie naarstig nu in afwachting of faxbericht uit Darmstadt ons nu een frisse wind zal doen laten stuiteren.
Piet Mondriaan slurpt een restant pompoensoep uit zijn kom aan de tafel in danszaal L'Aubette. Walk Like A Egyptian avant la lettre glijdend over de vloer in geometrische stijl. Victory Boogie Woogie als een partituur Neen, als een choreografie van Pina Bausch. Struikelt over Dirk Diggler's schuiftrompet, zeilend uit de nacht, de eerste zonnestralen.
Toorop, wachtend op vertrek in de treincoupé naar Nijmegen via Arnhem mijmerend ziet hij daar plots, sporend als een rechte lijn vanaf Doetinchem richting Winterswijk; is dat niet schildervrind Piet?
Het laten bij dat idee in alleswetend niets.
Of checken: 1. dienstregeling traject Winterswijk-Zevenaar 2. dagboek aantekeningen Jan Toorop 3. archieven Diepenbrock & Reigers Ulft 4. archieven familie Mondriaan 5. archieven Frans Deurvorst 6. enz. Dan later in de verte schaatst Herman Eduard Knaake sierlijk een haarscherpe handtekening onder zijn Achterhoeks landschap.
Achter die ruimte de vrijheid nemen om naar te kijken om te hunkeren te laten lopen te laten spelen is dat niet scherper? Strak over het middenvel scoorde rillingsgewijs linkerspanningsveld een nooit tevoren gevoelde toorn gloeiende koorts tja, hoe zeg je dat? 1 om open te snijden? 1 om dicht te laten? Achter die ruimte
Wat als zoveel eerder de rekenaar was ingeschakeld op de griffie van de rechtbanken? Breukelen, in bijzonder. Wellicht zoveel meer Bloem en domweg geluk in Nederlands stratenplan en formaat van kranten aan de natuur overdacht. Wat als, ...? Nog meer dit lege hart? Nog meer dit zijn tot niet zijn geschapen? Gedicht?
Da'k doar helemaols veur naor Amsterdam heb motten afreizen um 't te leazen op schoolborden zwart eschreven in vlotte letters: 'Herverovering van 't nów!' Nów viere wi-j 't leaven. In 'n old schoolgebouw waor de tied zelf lik stil te hebben staon in hasjies löch verloren geuren um weer wieter te gaon. Gepubliceerd in De Moespot, september 2014, Nr. 243.
Bob Ross | 1964 | Suprematist Composition | Where did our love go | 1964, oil on canvas, 80.4 x 80.6 cm. | On loan from Marni Joghert Foundation | Museum of Modern Art | Detroit
In herinnering Jan Manschot (21 september 1947 - 2o januari 2014) Hie was d'r veur pauwen en poeten vieren 't laeven as gin ander halfstónd e veur iedereen met zien lach van hier töt gunder. Onze koetsier op de bók, tsjakke boem, tjakke boem veur eeuweg op de kapok. De lampen bunt uut de show is gedaon, bi-j vale maone hie kik ow nów an, ritmemeister van brekken en angaon. Sóh, ajouw, ... wi-j mot now echt verdan. Onze koetsier op de bók, tsjakke boem, tjakke boem veur eeuweg op de kapok.
Herinnerings bunt neet weg te slieten, tötdat da'k zelf ok de tied uutglied.
Gepubliceerd in De Moespot | 57e jaorgang no. 241 | meert 2014
Het rokje ontvouwt zich zwierig als zonneschild 't lijkt wel weer geregisseerd door de mannen van Het instituut voor Praktische Poëzie. Het flitsblokje onder weg naar het punt L2. 1,5 miljoen kilometer verderop. Aan boord de precisie telescoop camera's. Zo scherp; ze een Euro op de maan zien liggen.
We gaan ons binnenkort anders zien in het heelal op otofoto van melkwegstelsel in 3D. Gaia ga, ga Gaia ga, .. Je staat in de sterren.
Verkreukeld, verfrommeld, verfomfaaid uit een vervlogen tijd aangewaaid kijkt James Dean mij ongegrond opstandig aan vanaf een verlopen calendarium uit ’91. Ik vraag mij af, nu ik uitgeput maar voldaan, na een lange feestelijke wandeling, in het gras lig denkend aan zo’n enerverende vlucht uit het verleden: ‘Hoe vliegt de tijd?’
Door ’n prille meid zag ik je zo-even nog snel verkocht terwijl jij liever de vrijheid zocht. Bent toen uit het Vondelpark door de wind meegezogen met scharrelend zwerfvuil door het Rembrandtpark gevlogen. Op het laatst neergedaald voor de GAK-kantoren. Om als een objet trouvée, in de tijd bevroren door mij bewust te worden geadministreerd.
Uiteindelijk in dit vers hartstochtelijk vereerd.
gepubliceerd in Poëziepuntgl - jaargang 4 - nummer 1 - maart 2006 | Seeshirt - Het 13e Erbarmen Festival - Hoe vliegt de tijd? - Varsseveld, 3 juli 1993 | Trouw dicht in de buurt - bundel Noord-Holland-8 februari 2010
Voor mijn tweelingzus Willy Was het die avond, dat hij Pegasus besloeg, hem nieuwe ijzers gaf om de hippocrene - in een hoefstamp ontstaan - stampvoetend te beschermen? Dat vader ma besteeg en ons verwekte? Veel later als we iets moeilijks vroegen. Reader's Digest spelde hij als het best. Zijn Helikon en bron. Berichten van de Parnassusweg, in naoorlogse zon, die ook Pegasus als beeldmerk droegen. JA/NEE zegel verwijderd van morele herbewapening. Een wakker worden van jewelste uit Amerikaanse dromen. En bruggen tussen generaties spleten tot kloven. Zonder smid hadden de sikkels nooit geblonken. Zonder dichter anders geklonken.
Mijn vaders Volkswagen verdwaald op een zandweggetje reed. Zoekende langs lange vaarten op weg naar geborgener oord. Fantasieën in kattenbak beelden van draaiend koord scharen, asfalt verslindende schaven, schrapers en ander landbouwwerkkundig tuig. Verkruimelde zandtaarten. Dan jaren verder als ik in de achteruitkijkspiegel mijn zoon zie spelen op de achterbank. Een magnetisch spel van aantrekken en afstoten in slechts één enkele tel voltooid met een alles verwoestende vuistslag. Staafjes en balletjes tandwielen vliegen van de hoedenplank. En behalve het feit dat ik mezelf in de tijd weerspiegeld zie, zie ik de vierde wet van Newton in werking. De genen tomeloos in toom. De appel valt niet ver van de boom.
Gepubliceerd in Poëziepuntgl - jaargang 6 - nummer 1 - maart 2008 | Trouw dicht in de buurt - bundel Drenthe - 8 februari 2010
Ongeduldige lichamen streng gedirigeerd in een rij voor de ingang van het Gebouw voor Christelijke Belangen. Of was het bij de Eendracht of toch bij Zonneman Arendsen? De Dikke en de Dunne ging het al weken fluisterend blij in koor van de ene mond naar het andere oor. De beelden gruwgloeiden nog jaren na in angstgeschrei in nachtmerriedromen of déjà vu’s als timmerfabrieken als de Deco, Suselbeek, Svedex of Lundia passeerden. Stan schaaft een reep uit het zitvlak van zijn broek. Wie? Ben je doof? Stan Laurel en Oliver Hardy. Daarna oorverdovende tocht door de lintzaagmachines. Oliver wordt uitgespuugd door afzuiginstallatie. Scheerscène met verkleefde teerkwast. Helse lachlawines. En telkens weer hoor ik ons joelen: “We want more!”
gepubliceerd inPoëziepuntgl- jaargang 6 - nummer 4- december 2008 | Trouw dicht in de buurt - bundel Gelderland - 8 februari 2010
Fietsend op de maat van de tamboerijn man over de Heelweg naar de keet waar karabijnhaken worden gefreesd en gesmeed. Verveling is het vakantieleed waar ijzeren staven verspanen op de maat van snerpende zagen. Spetters krullend spaan littekenen tot stoer doen op startblok sintelbaan. Vrees noch angst in de kop. Centrifugerende krachten maken me wijzer onder het hels kabaal van ijzer op ijzer. Oerbanken weerbarstig in het zand. Onder de tegels zichtbaar het strand.
gepubliceerd in Smeedwerk, bundel van de Omsmeders in het kader van Gebiedsgericht Cultuurbeleid Gelderland, 15 juni 2007 |Poëziepuntgl- jaargang 5 - nummer 4 - december 2007 | Trouw dicht in de buurt- bundel Gelderland - 8 februari 2010