In
de achter
berg
ik spiegel
in
de schaduw
van
de stilte.
Zag
ik later
het
water in
wijn
bekeren.
Zag
ik broden
oneindig
uit
handen
breken.
Zag
ik blinden
ziend
en doven
horend
spreken.
Zag
ik al eer
de
roerganger
over
het meer.
Zag
ik vrede
kansen
geven
in
hotelbed.
Zag
ik al meer
teloorgang
in
mijn
ontplooien.
Zag
ik al weer
de
nacht voorbij
in
de sterren.
Zag
ik stromen
uit
de rotsen
gulzig
gulpen.
Zag
ik vurig
tongen
boven
hoofd
flakkeren.
Zag ik daar de
pinksterbloemen.
Zag
ik een keer.
Zag
ik al meer.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten